Herenhuis is een magazine voor 'wonen in historie'. In editie 6 van 2013 staat een leuk artikel over de ontwikkeling van kachels en haarden door de jaren heen. Het artikel is samengesteld met behulp van Marc Hoogland, eigenaar van de Stokertje bedrijven.
Als u de tekst niet goed kunt lezen, kunt u de volledige tekst hieronder terugvinden.
Als prominent onderdeel van het interieur én het functionele aspect verdient de kachel bijzondere aandacht. De warmteafgifte wordt als zeer prettig ervaren. Het design heeft in de loop der eeuwen een ware metamorfose ondergaan. Om nog maar niet te spreken van het hoge rendement die veel moderne kachels bereiken.
De eerste echte kachels dateren uit de zeventiende eeuw en werden geïmporteerd uit Duitsland. Het waren doosvormige gietijzeren apparaten op poten, voorzien van een kachelpijp. Ze werden gebruikt voor de verwarming van vertrekken als kassen en oranjerieën. Sporadisch werden ze ook in woonhuizen van welgestelden toegepast.
Rond de tweede helft van de negentiende eeuw werd veel gebruik gemaakt van de Brabantse plattebuiskachel of Leuvense stoof. Bij de plattebuiskachel gaan de hete rookgassen, voordat ze door de schoorsteen afgevoerd worden, eerst door de kachel heen waar een paar kookgaten in zitten. Zo diende de kachel niet alleen als warmtebron maar ook als fornuis.
Uit boedelonderzoeken, uitgevoerd in Maasland, blijkt dat in 1812 ongeveer 16% van de mensen over kachels beschikte. Einde negentiende eeuw had 88% van de mensen een kachel. Het eerste fornuis werd gemeld in 1858, en eind negentiende eeuw beschikte 60% van de mensen over een fornuis. De ontwikkeling per streek hing vooral af van de mate van verstedelijking en de beschikbaarheid van hout en turf, en cokes.
In Nederland populaire kachels in de eerste helft van de twintigste eeuw waren de Jaarsma haarden, de Brabantse plattebuiskachels, Gelderse potkachels en kogelkachels voor de gewone burgerij en Friese Smidskachels voor de gegoede burgerij.
Het rendement van moderne houtkachels is hoog. Dit heeft vooral te maken door de volledige verbranding van de brandstof. Ter vergelijking:
Open haard : 5-10%
Ouderwetse (kolen-)kachel: 20-30%
Nieuwe houtkachel: 75%
Mede door de huidige crisis is de vraag naar moderne houtkachels toegenomen. De combinatie van behaaglijke warmte, een gezellig vlammenspel en een hoog rendement zorgen er voor dat deze kachels in veel huiskamers terugkomen. Ook financieel gezien is een houtkachel een aantrekkelijke optie: Bij een inkoopprijs van € 50,- per kubieke meter hout bedragen de stookkosten zo’n € 0,25 per uur. In geval van een gaskachel is dit zo’n € 0,50 per uur.
Kachelzwart oftewel kachelpoets, wordt gebruikt om gietijzeren kachels of metalen onderdelen op te poetsen en zwart te maken. Door het stoken worden de kachels altijd wat grijzig, met kachelzwart wordt de kachel weer diep zwart. Vroeger, in de tijd van de potkachels, had elk huishouden een tube Zebraline (hét merk voor kachelzwart) in huis. Kachelzwart van het merk Zebraline is nog steeds verkrijgbaar bij de haardenspeciaalzaak.
De informatie op deze pagina’s is opgesteld in samenwerking met Marc Hoogland, www.stokertje.nl